In het oosten van Spanje, direct aan de Costa del Azahar en de Middellandse Zee, ligt Valencia. Na Madrid en Barcelona is het de derde stad van Spanje. In Valencia is genoeg te doen en veel te zien: van architectonische hoogstandjes tot prachtige musea en parken. Én natuurlijk het strand. Valencia is dan ook een perfecte bestemming voor een stedentrip.
Valencia in het kort
Valencia is de hoofdstad van de gelijknamige provincie. Net buiten het centrum van de stad, op nog geen tien kilometer afstand, bevindt zich het vliegveld; Aeropuerto de Valencia. Jaarlijks bezoeken miljoenen reizigers de stad, dus gaan er veel vluchten van en naar Valencia. Voor een stedentrip is dit ideaal: er is vast een luchthaven bij jou in de buurt die je naar Valencia brengt en je hebt ruime keus in vliegtuigmaatschappijen. De vlucht duurt gemiddeld zo’n twee en een half uur.
Net als in andere grote steden, kun je ook in Valencia overnachten waar je maar wil: eenvoudig tot luxe via Airbnb, in gigantische resorts aan het strand, in knusse b&b’s of in kleine boetiekhotels in het oude centrum. Er zitten echte pareltjes tussen, zoals een vijfsterrenhotel in een paleis middenin het centrum (Caro Hotel).
Vanuit je hotel kun je Valencia op verschillende manieren ontdekken; lopend, met het openbaar vervoer, een taxi of de fiets. Zeker die laatste optie wordt steeds geliefder, vanwege het gemak en de vrijheid.
Net als de rest van Spanje zit ook Valencia boordevol historische verhalen, die meer dan tweeduizend jaar teruggaan. Dit zie je terug in het historische centrum. Maar Valencia heeft ook een modernere kant, zoals de futuristische gebouwen van ‘de Stad van de Kunst en de Wetenschap’. Deze staan op de foto’s die je als eerste ziet wanneer je online zoekt op ‘Valencia’.
De drie hoogtepunten van Valencia
Ciudad de las Artes y las Ciencias (CAC)
Laten we meteen even dieper ingaan op deze ‘Stad van de Kunst en de Wetenschap’ (ofwel Ciudad de las Artes y las Ciencias). Dit is dé trekpleister van Valencia. De Spaanse architect Santiago Calatrava ontwierp de zes bijzondere onderdelen van dit complex: L’Umbracle, Palau de les Arts Reina Sofia, L’Oceanogràfic, L’Hemisfèric, het Museu de les Ciències Príncipe Felipe en het Agora.
Tussen deze gebouwen lopen, omringd door water, is een magische ervaring. Daarnaast kun je de meeste gebouwen van het complex bezoeken. Zo kijk je in L’Hemisfèric liggend naar IMAX-films, kun je in L’Oceanogràfic ontzettend veel zeedieren bekijken en in de zomer een avondje uitgaan in de openluchtdiscotheek L’Umbracle.
Onze tip: neem de tijd om CAC te bezoeken en koop een combiticket.
Catedral de Santa María
Ga je naar het historische centrum van Valencia, loop dan naar het Plaza de la Reina. Dit sfeervolle plein, vernoemd naar koningin María de las Mercedes de Orleans, zit vol restaurants, ijssalons en cafeetjes. Aan dit plein is ook de kathedraal van Valencia gevestigd: Catedral de Santa Maria. Deze grote kerk is gebouwd tussen 1262 en 1356 en bevat diverse bouwstijlen: romaans, gotisch en barok. Deze mix maakt ‘La Seu’ (zoals de lokale bevolking de kathedraal noemt) voor liefhebbers een lust voor het oog.
Heb je tijd, loop dan naar binnen om onder meer bijzondere kunstwerken en de prachtige versieringen op muren en plafonds te bekijken. En wees je ervan bewust dat men gelooft dat de kathedraal de heilige graal herbergt: de drinkbeker die Jezus gebruikte tijdens het laatste avondmaal. Het maakt de kathedraal tot een bijzondere en belangrijke plek.
Naast La Seu staat El Micalet, een gotische klokkentoren van meer dan zestig meter hoog. Heb je nog energie, trotseer dan de 207 treden om jouw perfecte foto van Valencia te maken.
Jardín del Turia
Wil je even tot rust komen en kijken naar de natuur in plaats van naar stenen en kunstwerken, breng dan een bezoek aan Jardín del Turia. Dit park is negen kilometer lang en bevindt zich midden in de stad, in de drooggelegde bedding van de rivier de Turia. In de tweede helft van de vorig eeuw, na een grote overstroming, besloot men om de Turia – die dwars door Valencia liep – om te leiden naar de rand van de stad.
Jardín del Turia is de plek waar inwoners van Valencia en toeristen picknicken, hardlopen, wandelen en fietsen. Er zijn meerdere plantsoenen, voetbal- en tennisvelden, speeltuinen, fonteinen en prachtige (rozen)tuinen. Valencianen hebben nu geen natte voeten meer, maar wél een groene oase van rust in het hart van de stad.
Auteur: Paulien Haagsma